Na de Tweede Wereldoorlog werd onderzocht wie er mogelijk had samengewerkt (gecollaboreerd) met de Duitse bezetter en wie daarvoor gestraft moest worden. Dit gebeurde binnen de bijzondere rechtspleging, een speciaal systeem van juridische procedures.
Het CABR is de verzameling documenten die het resultaat is van dit proces. Het bestaat uit materiaal van verschillende instanties die betrokken waren bij het onderzoeken en bestraffen van collaboratie, zoals opsporingsdiensten en rechtbanken. De archieven van al deze organisaties werden in de vroege jaren vijftig verzameld en samengevoegd tot het CABR.
Oorspronkelijk bevond dit archief zich bij het ministerie van Justitie. In 2000 verhuisde het naar het Nationaal Archief in Den Haag. Daar is het momenteel nog steeds een beperkt openbaar archief. Meer informatie over de mogelijkheden tot het bekijken van het archief vindt u in de inleiding van dit KNHG-dossier.
Het CABR is een juridisch archief. Het bevat documenten die nodig waren om te beoordelen of iemand berecht en bestraft moest worden voor collaboratie. De documenten die in het CABR terechtkwamen, waren allemaal geproduceerd door organisaties met een juridisch doel: het vooruithelpen van het onderzoek naar mogelijk strafbare handelingen (collaboratie) en de eventuele vervolging en bestraffing van de betrokkenen.
In verband met het doel van de bijzondere rechtspleging werden door verschillende organisaties die betrokken waren bij de juridische procedures dossiers aangelegd over onderzochte personen. Het CABR bestaat voor het grootste deel uit deze dossiers.
De omvang van de dossiers verschilt sterk. Sommige dossiers zijn dun, terwijl andere honderden of zelfs duizenden pagina’s bevatten. De dossiers kunnen verschillende soorten documenten bevatten, zoals juridische stukken (bijvoorbeeld vonnissen en verslagen van rechtszittingen) en persoonlijke documenten die als bewijs konden dienen, zoals brieven, lidmaatschapskaarten en foto’s.
De meeste dossiers in het CABR gaan over één persoon. Er zijn echter ook dossiers die over meerdere personen gaan. Dit gebeurde wanneer meerdere mensen werden onderzocht in verband met hetzelfde mogelijke misdrijf of dezelfde mogelijke overtreding, en een gecombineerd dossier werd aangemaakt.
Het kan ook voorkomen dat er meerdere dossiers over één persoon in het CABR te vinden zijn. Vaak begon het onderzoek lokaal, waardoor verschillende opsporingsdiensten in verschillende gemeenten apart een onderzoek opstartten. Deze instanties legden allemaal hun eigen dossiers aan. Als later een andere instantie, zoals de openbare aanklager of een rechtbank, de zaak overnam, werd er een nieuw dossier aangemaakt. Alle eerder verzamelde informatie werd dan doorgestuurd.
Vaak bewaarden lokale opsporingsdiensten echter ‘schaduwdossiers’. Dit konden letterlijke kopieën van de doorgestuurde dossiers zijn. Deze schaduwdossiers konden echter ook stukken bevatten die niet werden doorgestuurd.
Wanneer u via het CABR meer te weten probeert te komen over het oorlogsverleden van uw familielid, moet u rekening houden met het feit dat er mogelijk meerdere afzonderlijke dossiers over uw familielid in dit archief te vinden zijn.
In het CABR zijn drie verschillende soorten dossiers te vinden:
Onderzochte personen kunnen in meerdere dossiers voorkomen, bijvoorbeeld als getuige in het dossier over een ander onderzocht persoon. Mocht er over uw familielid een dossier zijn aangelegd, dan hoeft dit dossier dus niet per se het enige te zijn waarin uw familielid voorkomt.
Daarnaast bevatten de CABR-dossiers ook informatie over slachtoffers. Als u op zoek bent naar informatie over een specifiek slachtoffer, heeft u op dit moment nog de naam van de verdachte/onderzochte persoon nodig. De dossiers zijn namelijk geordend op de naam van de onderzochte personen, niet op die van het slachtoffer.
Een groot voordeel van de digitalisering van het CABR is dat het digitaal doorzoekbaar zal zijn. Wanneer dat gebeurt, kunt u de naam van het slachtoffer gebruiken om door het hele archief te zoeken, wat het veel makkelijker maakt om informatie over deze persoon te vinden.
De CABR-dossiers werden vaak doorgestuurd tussen verschillende instanties die bij de bijzondere rechtspleging betrokken waren. Voorafgaand aan het doorsturen van stukken maakten de organisaties vaak kopieën van de documenten. Daarom bevat een dossier vaak veel kopieën van stukken.
Ook kunnen de dossiers veel ambtelijke correspondentie bevatten. Dit zijn briefjes en berichten waarin organisaties aangeven welke documenten ze hebben ontvangen of verzonden.
Kortom, de grootte van een dossier zegt niet altijd iets over hoeveel relevante informatie het bevat. Door de vele kopieën en correspondentie kan de inhoud minder uitgebreid zijn dan u op basis van het aantal pagina’s zou verwachten.