Het KNHG, de beroepsvereniging van historici in Nederland, heeft dit KNHG-dossier gemaakt om u te helpen bij het bekijken van de dossiers uit het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR), bijvoorbeeld als u op zoek bent naar informatie over uw familiegeschiedenis. In dit dossier vindt u acht vragen die u misschien heeft vóór, tijdens of na het lezen van deze dossiers uit dit oorlogsarchief. De antwoorden op deze vragen geven u informatie en tips die u kunnen helpen bij het bestuderen van de inhoud van de dossiers.
‘Na de Tweede Wereldoorlog werden honderdduizenden mensen in Nederland onderzocht in verband met mogelijke samenwerking met de Duitse bezetter (collaboratie). Ongeveer 425.000 mensen werden onderzocht. Dit gebeurde binnen de bijzondere rechtspleging. Veel verschillende organisaties waren hierbij betrokken, van lokale opsporingsdiensten tot bijzondere gerechtshoven. Iedere organisatie maakte een eigen dossier aan over de onderzochte personen.
De archieven van de instellingen van de bijzondere rechtspleging zijn in de vroege jaren vijftig samengevoegd tot één groot archief: het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging. Het CABR is 3,8 kilometer lang en bevat veel verschillende soorten documenten. Een groot deel van het archief bestaat uit de dossiers van mensen die na de oorlog onderzocht werden in verband met mogelijke collaboratie. De dossiers kunnen heel verschillend van grootte zijn. Sommige zijn dun, maar andere bevatten wel honderden of zelfs duizenden pagina’s. In de dossiers vindt u juridische documenten, zoals vonnissen, processen-verbaal (verslagen) van verhoren en getuigenverklaringen. Ook zitten er soms persoonlijke stukken in, zoals brieven, foto’s en dagboeken. Deze documenten konden als bewijs worden gebruikt.
Het CABR is een juridisch archief. Het bevat de resultaten van juridische onderzoeken naar mogelijke strafbare feiten. Dit heeft invloed op wat u wel en niet kunt vinden in het CABR. Voor meer informatie hierover kunt u kijken onder vraag 1 van dit KNHG-dossier.
Het CABR werd vanaf de jaren vijftig bewaard bij het ministerie van Justitie. In 2000 werd het archief overgebracht naar het Nationaal Archief (NA) in Den Haag. Het was toen een beperkt openbaar archief. Dit betekent dat gebruikers alleen onder voorwaarden het archief mochten bekijken. Zo moest er vooraf toestemming worden gevraagd en mochten er geen kopieën of foto’s van de stukken worden gemaakt. De minister van Justitie besloot in 2000 dat het archief pas in 2025 volledig openbaar zou worden. Hij nam dit besluit om de privacy van mensen te beschermen van wie persoonlijke gegevens in het archief staan. Als een archief volledig openbaar is, kan iedereen het namelijk zonder voorwaarden bekijken. Er hoeft dan geen toestemming meer te worden gegeven en er kunnen foto’s en kopieën van de stukken worden gemaakt. In december 2024 en januari 2025 is het CABR veel in het nieuws geweest. Hieronder vindt u een overzicht van de gebeurtenissen, die allemaal te maken hebben met het project Oorlog voor de Rechter.
Het Nationaal Archief (NA) en drie andere organisaties (het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies, het Huygens Instituut en WO2Net) zijn een paar jaar geleden gaan samenwerken om het CABR online beschikbaar te maken. Dit project heet Oorlog voor de Rechter (OvdR). Het digitaal beschikbaar maken heeft verschillende voordelen. Het maakt het makkelijker voor u om in het CABR te zoeken, omdat u dit vanuit uw eigen huis kunt doen, zowel in Nederland als in het buitenland. Ook maakt de digitalisering het veel eenvoudiger om gegevens te vinden over slachtoffers. De dossiers in het CABR zijn geordend op de naam van de onderzochte persoon. Vroeger moest je de naam van de onderzochte persoon/personen kennen om iets over een specifiek slachtoffer te kunnen vinden. Door OvdR kun je op naam zoeken door het archief – en dus ook op de namen van slachtoffers. De digitalisering maakt de inhoud van het CABR toegankelijker en draagt daarmee ook bij aan een breder maatschappelijk besef van de waarde van de democratie, de rechtsstaat en mensenrechten.
Op 2 januari 2025 zouden de eerste acht miljoen scans van het CABR online komen op de website van OvdR. Dit zijn de scans van dossiers over zaken die voor de rechtbank zijn gekomen. De overige 24 miljoen scans zouden tussen juni 2025 en 2027 online worden geplaatst.
Op 6 december 2024 besloot de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, die verantwoordelijk is voor het archief, dat het online plaatsen van de scans voorlopig niet doorgaat. Hij nam dit besluit na een waarschuwing van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Volgens deze toezichthouder zou de geplande manier van publiceren waarschijnlijk in strijd zijn met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Hoewel het OvdR-project alleen dossiers van overleden onderzochte personen online wil plaatsen, kunnen deze dossiers ook persoonlijke gegevens bevatten van betrokkenen die nog leven. De AP waarschuwde dat de manier waarop de gegevens van deze levende personen verwerkt zouden worden, waarschijnlijk niet voldoet aan de AVG. De minister gaf in zijn brief aan de Tweede Kamer aan dat hij het belang van het OvdR-project begrijpt en met een voorstel komt om de wet te veranderen. Dit voorstel moet ruimte bieden voor een afweging tussen openbaarheid en privacy. Ook zei hij na te zullen denken over hoe het Nationaal Archief in de tussentijd toegang kan geven tot de gedigitaliseerde dossiers. Het KNHG heeft hierover een uitleg op zijn website geplaatst.
Kort voor kerst veranderde de situatie opnieuw. Op 19 december besloot de minister dat onderzoekers en nabestaanden toch onder voorwaarden onderzoek kunnen gaan doen in het gedigitaliseerde deel van het CABR. Dit kan waarschijnlijk ergens in de eerste maanden van 2025. U kunt dan een aanvraag doen om in de studiezaal van het NA in Den Haag door het digitale archief te komen zoeken. Het maken van kopieën van dit digitale archief is niet toegestaan. Het grote voordeel van deze digitale voorziening is dat u hierdoor veel gemakkelijker informatie over slachtoffers kunt vinden.
De komst van deze digitale voorziening heeft ook gevolgen voor de manier waarop u het fysieke, papieren archief kunt inzien. Om de digitale voorziening wettelijk mogelijk te maken, moest de beperking van de openbaarheid, die dus op 1 januari 2025 zou vervallen, worden verlengd. Dit betekent dat het CABR in ieder geval tot 1 januari 2026 een beperkt openbaar archief blijft. In 2025 moeten gebruikers die papieren archiefstukken willen bekijken dus nog altijd om toestemming vragen. Ook mogen er van de papieren documenten geen foto’s of kopieën worden gemaakt.
De waarschuwing van de AP en de regels van de AVG hebben alleen betrekking op gegevens van nog levende mensen. Het is daarom zeker dat het hele CABR ooit voor iedereen en zonder beperkingen online beschikbaar en doorzoekbaar zal zijn. Het is alleen nog niet duidelijk wanneer dit zal zijn.
Op 2 januari is een aangepaste versie van de projectwebsite van Oorlog voor de Rechter gelanceerd. Deze website helpt u bij het aanvragen van de papieren CABR-dossiers die u wilt bekijken. Op deze website kunt u op naam zoeken naar de personen die binnen de bijzondere rechtspleging zijn onderzocht. In verband met privacywetgeving zijn niet alle onderzochte personen in de website opgenomen. De website bevat alleen de namen van de onderzochte personen die 1) zijn geboren voor 1915 of 2) geboren zijn na 1915 én aantoonbaar zijn overleden. Als u de persoon heeft gevonden die u zocht, kunt u vervolgens eenvoudig de betreffende dossiers aanvragen, zodat u deze in de studiezaal van het Nationaal Archief in Den Haag kunt bekijken.
Het Nationaal Archief schrijft op haar website dat niet alle personen op de OvdR-website verdacht of beschuldigd zijn geweest. De namenlijst is gebaseerd op het kaartsysteem van de bijzondere rechtspleging. In dit kaartsysteem zitten ook kaarten van personen die geen verdachte waren en niet beschuldigd waren maar die toch in het kaartsysteem zijn beland. Het NA erkent dat er hiermee een fout is gemaakt en roept mensen op om zich te melden als ze een naam zien die niet op de website thuishoort. Het NA zal dit dan herstellen.
Meer informatie over het doen van onderzoek in het CABR vindt u in dit bericht op de website van het Nationaal Archief.
Op een later moment wordt dit KNHG-dossier aangevuld met meer vragen en antwoorden.
Als in dit dossier het woord ‘hij’ wordt gebruikt voor een persoon die niet verder wordt omschreven, kan daar ook ‘zij’ mee bedoeld worden.
Het kan handig zijn om de vragen uit dit dossier te printen als u bij het Nationaal Archief het CABR gaat bestuderen.
Voor de samenstelling van dit dossier zijn diverse bronnen geraadpleegd, die zijn hier te vinden.