Geert Leloup is Coördinator Kennisontwikkeling en -beheer bij het Nationaal Archief en gastprofessor archivistiek
‘Wat doe je voor werk?’. Het is een eenvoudige vraag. Met in mijn geval een wat langer antwoord. Niet alleen omdat mijn rol best uniek is en dus wat duiding vraagt, maar ook omdat ik een aantal clichés wil ontkrachten.
Het begint met het gegeven dat ik bij het Nationaal Archief in Den Haag werk. Het woord ‘archief’ roept bij velen nog steeds het beeld op van een duister depot, waar een oude, grijze en tikkeltje mensschuwe archivaris in stofjas tussen rekken vol oud papier dwaalt. Maar dat beeld staat haaks op de realiteit. Het Nationaal Archief – en dat geldt eigenlijk voor alle archiefinstellingen in Nederland – is een dynamische, diverse en open organisatie, met een ambitieuze en maatschappelijk relevante taak: het verzekeren van het recht op informatie voor iedereen. Want informatie is veel meer dan blijvend te bewaren oud papier. En is niet alleen voor historici van belang, maar ook voor de burgers, journalisten en andere onderzoekers.
Mijn functie toont mooi aan hoe dat concreet vorm kan krijgen. Ik coördineer namelijk een team dat landelijke handreikingen en normen op het gebied van archief- en informatiebeheer ontwikkelt. Zodat overheden handvatten hebben om al hun informatie beter te beheren. Waardoor de toegang tot informatie goed is en blijft. Denk bijvoorbeeld aan handreikingen voor het archiveren van e-mail, van chatgesprekken en van sociale media. Of – nog ingewikkelder – het archiveren van gegevens en van algoritmes en AI. Of wat denk je van de handreiking waardering en selectie, die helpt te bepalen welke overheidsinformatie we blijvend bewaren en welke overheidsinformatie we wanneer vernietigen? Ook wetenswaardig is dat we nauw samenwerken met collega’s van overheidsorganisaties en andere archiefinstellingen om er zeker van te zijn dat onze richtlijnen alle perspectieven meenemen én uitvoerbaar zijn. Wat soms tot fundamentele discussies leidt. Over hoe we privacy en openbaarheid kunnen verzoenen. Of over de uitvoerbaarheid van wat we als experts bedacht hebben.
Zelf vind ik het een ongelooflijk boeiende sector en functie. En knijp ik mezelf soms in de arm omdat ik dit kan en mag doen. Daar zijn twee redenen voor. De eerste is dat ik tijdens mijn studies geschiedenis nooit een loopbaan in de archiefsector op het oog had. Maar dat neemt niet weg dat de opleiding mij daar achteraf gezien heel goed op heeft voorbereid. Denk aan het onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Het analyseren en interpreteren van complexe informatie. Het effectief schriftelijk en mondeling communiceren. En het kritisch denken en bekijken vanuit verschillende perspectieven. Allemaal vaardigheden die ik elke dag gebruik. De tweede reden is dat ik als Belg het wonen in Antwerpen kan combineren met werken in Den Haag. En daardoor elke dag – dankzij hybride werken gelukkig niet fysiek – de grens oversteek naar een ander land, met een heel andere (werk)cultuur. Af een toe schrijf ik daar een column over.
Spreekt dit alles jou als pas afgestudeerde historicus aan, dan heb ik goed nieuws! Er is een grote vraag naar archief- en informatieprofessionals. En je kan na je opleiding geschiedenis een aanvullende opleiding archivistiek volgen, die je nog beter voorbereidt op deze sector. Dat kan zowel aan de Universiteit Amsterdam als aan de Universiteit Antwerpen. Kies je voor die laatste, dan kom je mij tegen als docent van het vak ‘digitalisering en digital-born archief’.
Wil je contact opnemen met Geert? Stuur hem een e-mail!